Hieronder de originele inhoud van deze pagina.
De SHKN is een rasvereniging. Dat schept verwachtingen maar ook verplichtingen !
Wij verafschuwen dat er honden via malafide bedrijven of individuen worden verhandeld, ook via de diverse internet sites. Indien u op zoek bent naar een Husky puppy of volwassen hond benader dan de erkende fokkers elders op deze site. In het algemeen zullen zij u aan een goede referentie kunnen helpen of aan kunnen geven wanneer zij zelf weer pups verwachten.
Wij willen u vanaf deze plaats waarschuwen voor de niet gereguleerde handel in Siberian Husky’s. Gezien het karakter is het juist van belang een goed beeld te hebben van het verleden van de hond en zijn ouders. Daarnaast zult u alleen met een hond met stamboom in Nederland deel mogen nemen aan tentoonstellingen en sportwedstrijden.
De Husky kan (in het algemeen) niet loslopen, want zijn drang om te jagen is vaak groter dan zijn drang om te gehoorzamen.Door zijn dubbele vacht kan hij tegen extreem lage temperaturen, maar deze prachtige vacht verliest hij ook tweemaal per jaar.Dit betekent gigantische hoeveelheden haar in je huis. Daarbij heeft de Husky enorm veel beweging nodig. Als u dit alles niet als nadelen ziet en toch overweegt een Husky te nemen, dan moeten wij u nog wel waarschuwen voor de “Siberian valkuil”. Mensen die beginnen aan een Husky hebben er al gauw twee, of drie of …….. Lees daarom ook eens het artikel: “Bezint eer gij begint“.
Geschiedenis van de Siberian Husky
Oorsprong
Er zijn nog maar weinig rassen over, waarbij de functie van de hond nog steeds in zo hoge mate bepalend is voor zijn uiterlijke verschijningsvorm en zijn mentale instelling. Een erfenis, een erfgoed, dat door de eeuwen heen uit Siberië via Alaska en de Verenigde Staten tot ons is gekomen. Een erfgoed dat verplichtingen met zich meebrengt. Dit ras, door de AKC (American Kennel Club) en de FCI (Fédération Cynologique Internationale) erkend onder de naam Siberian Husky, werd ontwikkeld door de Chukchies, een volk dat leefde in het uiterste noordoosten van Azië.
De Chukchies vormden een nomadenvolk dat meer en meer door agressievere stammen die het omringden, werd teruggedrongen tot diep in dat onherbergzame deel van Siberië, waar de levensomstandigheden het moeilijkst zijn. De enige manier om te overleven werd voor hun de jacht. Jacht op wild, dat zich snel wist te verplaatsen in een immens groot gebied.
Ze hadden niet de beschikking over vuurwapens, dus de enige manier om het zich snel door de hoge sneeuw verplaatsende wild te bejagen, was per hondenslee. Hiervoor waren snelle sledehonden nodig. Honden die veel werk konden verzetten, weinig voer nodig hadden en dit voer ook optimaal wisten te benutten. Honden die onder extreme omstandigheden tolerant en vriendelijk naar elkaar en hun mensen zouden blijven.
De Chukchies selecteerden in hun fok op deze eigenschappen en langzaam maar zeker ontwikkelde zich een middelgrote, gracieuze, snelle sledehond met een geweldig uithoudingsvermogen; tolerant, geluidloos, vriendelijk en taai, de Siberian Husky!
Sledehondensport
Rond de eeuwwisseling begon de sledehondensport in Alaska aan belangstelling te winnen, vooral wedstrijden als de All Alaskan Sweepstakes over trails van rond de 400 mijl (± 640 km) trokken steeds meer deelnemers. De eerste werd in 1908 gehouden en tijdens de tweede wedstrijd, in 1909, wilde de Russische bonthandelaar William Goosak, eigenaar van negen honden die hij geïmporteerd had vanuit Siberië, deze honden mee laten lopen. De Alaskaanse mushers zagen niet zoveel in deze weliswaar goed gebouwde, maar kleine honden, ze noemden hen de “siberian rats”.
Ze staken dan ook wel erg schriel af bij hun grote, sterke vrachthonden. Goosak liet zijn honden tijdens deze wedstrijd door Louis Thrustrup mushen en ze werden derde! Echter, Goosak verkeerde in geldnood en verkocht zijn honden, de harnassen en de slede aan kapitein Charles Madsen. Met het verkregen geld kon Goosak terug naar Rusland. En zo kwamen de eerste Siberian Husky’s in Alaska, waar zij een blijvend stempel op de ontwikkeling van de sledehond en de sport zouden gaan zetten.
Fox Maule Ramsey, een Schotse edelman die in Alaska was om de belangen van zijn familie in de goudmijnen te behartigen, hoorde van die snelle sledehonden en ging zelf naar Siberië, aan de andere kant van de Beringstraat. Hij kwam terug met 60 zorgvuldig uitgezochte honden uit Markovo; in dit dorp werden veel honden gefokt en verhandeld.
In 1910 bij de start van de derde All Alaskan Sweepstake bracht Ramsey drie teams in de race: één team werd gemushed door John ‘Iron Man’ Johnson, het tweede door zijn broer Charles Johnson en zelf mende hij het derde team. ’Iron Man” won, in een tijd die nooit meer zou worden geëvenaard: 650 kilometer in 74 uur, 14 minuten en 20 seconden. Fox Maule Ramsey werd tweede met zijn span en Charles Johnson’s team eindigde als vierde. Deze honden, geselecteerd door deze mushers uit de in Siberië aanwezige honden, vormden de oorsprong van het ras; snelle sledehonden geschikt voor lange afstanden, met een vriendelijk karakter en een ongebreidelde wil tot werken.
In de jaren erna kreeg Leonard Seppala de beschikking over een aantal van deze honden. Hij won met hen drie maal achter elkaar de All Alaskan Sweepstake.
De Serumrace
In 1925 werd de Siberian Husky ook bekend buiten deze kring van honden-liefhebbers. In januari van dat jaar brak in Nome in Alaska een difterie-epidemie uit en de aanwezige voorraad van het serum was lang niet voldoende. Het serum moest van ver komen: per trein was het al tot Nenana gekomen, meer dan 1000 kilometer verderop, maar door de slechte weersomstandigheden kon het niet door een vliegtuig verder vervoerd worden. Besloten werd om het serum op te halen door middel van een sledehonden estafette. Negentien mushers zetten hun leven op het spel om het serum naar Nome te brengen. Men deed onder andere een beroep op Leonard Seppala, een van de beste mushers. Hij reed met zijn team, geleid door zijn honden Togo en Scotty, de langste en gevaarlijkste afstand. Togo en Scotty motiveerden het span en leidden het team terug tijdens een zware sneeuwstorm. Deze barre tocht werd in 129,5 uur afgelegd; een recordtijd die later nooit meer is geëvenaard. Het laatste deel van de tocht werd volbracht met het team van Gunnar Kaasen, met als leidershond Balto.
De gevaarlijke omstandigheden waaronder deze sledehondenteams hun werk deden, spraken tot ieders verbeelding. Door de grote aandacht van de media werd de serumrace wereldnieuws. De negentien mushers werden unaniem tot volksheld uitgeroepen. Zij ontvingen een certificaat van de gouverneur van Alaska en een medaille van de serumfabrikant. Hun namen werden wereldberoemd, evenals die van hun leidershonden, maar raakten daarna in de vergetelheid. Echter, als herinnering aan alle sledehonden, die hebben deelgenomen aan deze estafetteloop, staat in het Central Park te New York een standbeeld van Balto, de leidershond van het laatste team. Hieronder staat de inscriptie: ‘Endurance – Fidelity – Intelligence” (volharding – trouw – intelligentie).
Officiële rasstandaard
Na de serumrace ging Seppala met zijn honden naar New England. Ook daar werd de Siberian Husky als wedstrijdsledehond in korte tijd zeer populair.
Leonard Seppala heeft voor dit ras en de sledehondensport veel betekend. Hij deed veel voor de promotie van het ras en zette zich tevens in voor verbetering van de behandeling van sledehonden in het algemeen. Dat de Siberian Husky nog bestaat danken we in hoge mate aan hem, mede doordat hij de kring van liefhebbers verbreedde toen hij vanuit New England zijn honden aan het publiek liet zien. De waardering voor het ras groeide en het streven was om de Siberian Husky raszuiver te fokken. Door de bezitters van deze honden werd een rasstandaard opgesteld en naar de American Kennel Club opgestuurd met het verzoek om officiële erkenning. Die erkenning kwam in het jaar 1930 tot stand.
In 1938 werd de Siberian Husky Club of America opgericht. Vanaf de oprichtings-vergadering, waar ook Seppala aanwezig was, hanteerden zij de officiële erkende rasstandaard voor de Siberian Husky.
Selectief fokken
In Amerika werd de Siberian Husky echter een van de vier populairste rassen. Een ontwikkeling die ronduit rampzalig is gebleken. De selectieve fokkerij is volkomen overspoeld en teruggedrongen door vloedgolven van pups, voortkomend uit fokkerijen, waarbij er niet of nauwelijks naar gestreefd werd om het juiste karakter en de werkeigenschappen van het ras te bewaren. Een feit dat door de Siberian Husky Club of America helaas te laat is onderkend. Wel wordt inmiddels van alles in werking gesteld om in deze situatie verandering te brengen, maar de weg terug is moeilijk en lang.
In Europa, ook in Nederland, lijkt de situatie gunstiger. Want hier houden veruit de meeste grotere kennels en fokkers van Siberian Husky’s zich intensief met de sledehondensport bezig. Het zou een garantie kunnen zijn voor het behoud van een ras van gezonde, vitale en werkwillige honden.
Karakter en uiterlijk
Het tolerante, evenwichtige karakter, plus het feit dat de Siberian Husky vriendelijk en tolerant is ten opzichte van mensen en soortgenoten, maakt hem ook in deze tijd tot een plezierige en rustige huisgenoot. Hij is niet waaks en heeft een onafhankelijk karakter, grenzend aan het eigenwijze. Zijn aangeboren nieuwsgierigheid en drang tot bewegen willen wel eens groter zijn dan de ‘drang’ tot gehoorzamen of om bij de baas in de buurt te blijven. Hij wil nu eenmaal graag weten wat er achter de horizon te beleven is. Dit kan het geduld van zijn eigenaar behoorlijk op de proef stellen, maar onder andere door zijn grote aanpassingsvermogen en behoefte aan gezelschap blijft een Siberian Husky zelden de enige hond in huis.
Wat betreft zijn uiterlijk dient zijn bouw te voldoen aan de officiële rasstandaard van dit werkhondenras, maar verder zijn alle vachtkleuren en aftekeningen toegestaan; ook wat de oogkleur betreft: bruine ogen, blauwe ogen, maar ook één bruin en één blauw oog of bruine ogen met een blauwe vlek er in (particoloured ). Alles is goed en alles is mooi.
De Siberian Husky is een hond voor sportieve mensen; mensen die erop uitgaan, in weer en wind. Fietsen, joggen, strandwandelingen, de bergen in, de sneeuw in… of nog beter, die zich bezighouden met de sledehondensport en de training die daarvoor nodig is. Hoe kouder het weer, hoe groter plezier voor de Siberian Husky. Per slot van rekening heeft hij niet voor niets een dikke, dubbele vacht die bestand is tegen temperaturen tot minus 60 graden Celsius. Een vacht die zich wél twee maal per jaar vernieuwd; de hoeveelheid haar die dan los komt is ongelooflijk!
Tekeningen: Johann van Rossum –Op deze tekeningen berust beeldrecht-
Snelle tekst aanvullend, mag niet zo gebruikt worden!!
Inhoudsopgave
-
Inleiding – een werkhond met een erfgoed
-
Oorsprong en geschiedenis
2.1 De Chukchi en de oer-Husky
2.2 De opkomst van de sledehondensport
2.3 De serumrace naar Nome
2.4 Officiële erkenning en rasstandaard
2.5 Fokpraktijken en verspreiding in Europa -
Uiterlijk en bouw
-
Karakter en gedrag
-
Beweging en verzorging
-
Gezondheid en verantwoord fokken
-
Tot slot
1. Inleiding – een werkhond met een erfgoed
De Siberian Husky is geen hond die toevallig ontstond, maar het resultaat van eeuwenlange selectie door mensen die volledig afhankelijk waren van hun dieren. Zijn karakter, uithoudingsvermogen en bouw zijn niet zomaar eigenschappen – ze zijn erfgoed. Dit erfgoed, gevormd in de ijzige vlaktes van Noordoost-Siberië, doorgegeven via Alaska aan Noord-Amerika en Europa, leeft vandaag de dag voort in een hond die tegelijk vriendelijk, onafhankelijk en onvermoeibaar is.
Wie vandaag een Siberian Husky ontmoet, ziet misschien vooral de wolfachtige uitstraling, de helderblauwe of tweekleurige ogen, of het speelse karakter. Maar onder dat alles schuilt een geschiedenis van dienstbaarheid, overleving en loyaliteit. Het is die combinatie van schoonheid, arbeidsethos en instinct die dit ras zo bijzonder maakt.
2. Oorsprong en geschiedenis
2.1 De Chukchi en de oer-Husky
De oorsprong van de Siberian Husky ligt bij het Tsjoektsji-volk (Chukchi), een inheemse stam in het uiterste noordoosten van Azië. In een van de meest onherbergzame gebieden ter wereld, waar overleven afhankelijk was van jacht en mobiliteit, ontwikkelden de Chukchi een uniek type hond: sterk, snel, sociaal en energiebesparend.
Deze honden werden niet alleen gebruikt om sleden te trekken, maar waren ook gezelschapsdieren, met een natuurlijk zachtaardig karakter naar vrouwen en kinderen. Ze moesten overdag werken en ’s nachts warm houden. Selectie vond plaats op overleving én samenwerking: honden die niet sociaal of efficiënt waren, werden eenvoudigweg niet doorgegeven aan een volgende generatie.
Wat ontstond was een middelgrote, sierlijke hond met een uitzonderlijk uithoudingsvermogen, tolerant in de roedel, vriendelijk naar mensen, en vrijwel geluidloos in zijn werkhouding. Het ras dat we nu kennen als de Siberian Husky.
2.2 De opkomst van de sledehondensport
Aan het begin van de 20e eeuw bereikte het ras Alaska, waar sledehondensport in opkomst was. De All Alaskan Sweepstakes – een zware wedstrijd over zo’n 640 kilometer – trok in 1908 voor het eerst deelnemers. In 1909 verscheen de Russische bonthandelaar William Goosak met negen Siberische honden, geïmporteerd uit het Tsjoektsji-gebied. De Alaskan mushers waren sceptisch: de nieuwe honden waren kleiner dan hun zware vrachthonden, en kregen spottend de bijnaam “Siberian rats”.
Maar Goosaks team eindigde verrassend op de derde plaats. Zijn financiële situatie dwong hem zijn honden en uitrusting te verkopen aan kapitein Charles Madsen, die op zijn beurt de lijn voortzette.
De grote doorbraak kwam in 1910, toen de Schotse edelman Fox Maule Ramsey drie teams inschreef met zorgvuldig geselecteerde honden uit Markovo, een belangrijk fokcentrum in Siberië. De resultaten logen er niet om: het team van John “Iron Man” Johnson won met een recordtijd die nooit is geëvenaard, Ramsey zelf werd tweede, en Charles Johnson, broer van de winnaar, eindigde als vierde.
Deze prestaties legden de basis voor de erkenning van de Siberian Husky als superieure langeafstandssledehond: licht, snel, betrouwbaar en vriendelijk.
Leonard Seppala, een Noor die later zou uitgroeien tot een sleutelfiguur, nam enkele van deze honden over en won drie keer op rij de All Alaskan Sweepstakes.
2.3 De serumrace naar Nome (1925)
De Siberian Husky vestigde wereldwijd zijn naam in 1925 tijdens de difterie-uitbraak in Nome, Alaska. Door slecht weer konden vliegtuigen het levensreddende serum niet vervoeren. Wat volgde was een epische sledehondenestafette van meer dan 1000 kilometer – onder ijzige omstandigheden en levensgevaarlijke sneeuwstormen.
Leonard Seppala reed met zijn leidershond Togo het langste en zwaarste deel van de route. Het laatste traject werd volbracht door Gunnar Kaasen met zijn team, geleid door de beroemde hond Balto.
De tocht duurde in totaal 129,5 uur. De negentien mushers en hun honden werden helden. In New York staat tot op de dag van vandaag een standbeeld van Balto in Central Park met de inscriptie:
“Endurance – Fidelity – Intelligence”.
De serumrace benadrukte alles waar de Siberian Husky voor stond: toewijding, doorzettingsvermogen en betrouwbaarheid.
2.4 Officiële erkenning en rasstandaard
Na de serumrace reisde Seppala met zijn honden af naar New England, waar het ras binnen korte tijd populair werd. Hij werkte actief mee aan de promotie en verbetering van de sledehondensport en het welzijn van de dieren.
Met zijn inzet groeide ook de wens om het ras officieel te erkennen. In 1930 werd de Siberian Husky officieel geregistreerd bij de American Kennel Club (AKC). In 1938 werd de Siberian Husky Club of America opgericht, die sindsdien toeziet op de rasstandaard.
De Fédération Cynologique Internationale (FCI) volgt in grote lijnen de Amerikaanse standaard, en erkent de Siberian Husky als sledehond, behorend tot groep 5: Spitsen en Oertypen.
2.5 Selectief fokken en verspreiding in Europa
De snelle populariteit in de Verenigde Staten leidde tot grootschalige fokkerij, waarbij het oorspronkelijke fokdoel – uithoudingsvermogen, karakter en werkeigenschappen – onder druk kwam te staan. De Siberian Husky werd een van de populairste rassen in Amerika, maar veel honden kwamen voort uit commerciële fok zonder zorg voor het rasprofiel.
De Siberian Husky Club of America onderkende dit probleem laat, maar werkt sindsdien aan herstel.
In Europa, en ook in Nederland, bleef het ras beter geworteld in de sledehondensport. Veel fokkers zijn zelf actief in sport of trekkrachtgerichte activiteiten, wat bijdraagt aan het behoud van het oorspronkelijke type: gezond, werklustig en vitaal.
3. Uiterlijk en bouw
De Siberian Husky is een middelgrote, goed geproportioneerde werkhond met een atletisch en compact lichaam. Alles aan zijn bouw straalt functionaliteit uit: hij is ontworpen voor het trekken van lichte lasten over lange afstanden met gematigde snelheid. Zijn beweging is vloeiend, licht en efficiënt – een echte ‘stayer’.
Schofthoogte en gewicht
-
Reuen: 53–60 cm, 20–27 kg
-
Teven: 50–56 cm, 16–23 kg
Vacht en kleur
De Husky heeft een dubbele vacht die uitzonderlijk goed beschermt tegen kou. De ondervacht is dicht, wollig en zacht, terwijl de bovenvacht middellang is, recht en aanliggend. Scheren van de vacht wordt afgeraden: de vacht reguleert warmte én kou en beschermt tegen zonverbranding.
Alle vachtkleuren zijn toegestaan, van wit, grijs, zwart en rood tot zeldzamere tinten als agouti of sable. Veelvoorkomende patronen zijn zwart-wit, grijs-wit en rood-wit. Aftekeningen op het gezicht zijn vaak symmetrisch en kunnen een karakteristiek ‘masker’ vormen.
Ogen
Husky’s staan bekend om hun opvallende ogen. Ze kunnen:
-
Blauw, bruin, groen, amber of zelfs particoloured zijn
-
Eén blauw en één bruin oog hebben (heterochromie)
-
Of binnen één oog beide kleuren tonen
Deze ogen dragen sterk bij aan de expressieve en vaak ‘glimlachende’ uitdrukking van het ras.
Overige kenmerken
-
Oren: middelgroot, driehoekig en rechtopstaand, goed behaard.
-
Staart: rijk behaard, sikkelvormig gedragen, zonder over de rug te krullen.
-
Neus: kan zwart, leverkleurig of vleeskleurig zijn, afhankelijk van de vachtkleur.
4. Karakter en gedrag
De Siberian Husky is intelligent, sociaal en energiek, maar heeft ook een onafhankelijke, soms eigenwijze inslag. Dat maakt hem een charmante maar uitdagende huisgenoot.
Sociaal en vriendelijk
Van oorsprong is de Husky een roedeldier. Hij leeft graag samen met andere honden en is meestal vriendelijk naar mensen, ook naar vreemden. Hij is geen waakhond – zijn uiterlijk mag dan indrukwekkend zijn, zijn gedrag is dat zelden richting indringers.
Zelfstandig en eigenzinnig
De Husky is zelfstandig van aard. Hij denkt graag zelf na, wat voor nieuwe eigenaren verwarrend kan zijn. Hij gehoorzaamt niet automatisch omdat iets “gezegd wordt”, maar moet gemotiveerd worden. Vergelijk hem eerder met een kat dan met een herder: slim, maar alleen volgzaam als het zin heeft.
Niet los
Het jachtinstinct van de Husky is sterk. Loslopen is zelden verantwoord. Zelfs goed getrainde Husky’s kunnen plotseling besluiten een geurspoor te volgen en verdwijnen zonder terug te kijken.
Stem en communicatie
Bekend om zijn vocale aard: Husky’s blaffen weinig, maar kunnen uitgebreid “zingen”, grommen, janken of ‘praten’. Hun stemgebruik is expressief en vaak melodieus – voor sommigen een verrassing, voor liefhebbers een genot.
5. Beweging en verzorging
De Siberian Husky is een hond met een indrukwekkend energieniveau. Verveling is bij dit ras geen optie.
Beweging en uitdaging
Een Husky heeft dagelijks veel beweging nodig:
-
Lange wandelingen
-
Hardlopen
-
Treksporten (bikejöring, canicross, step, slee)
-
Spel en mentale uitdaging
Wie te weinig tijd of energie heeft, zal al snel te maken krijgen met destructief gedrag of ontsnappingspogingen. De Husky staat bekend als ware “escape artist”: klimmen, graven en springen zijn geen uitzonderingen, maar vaardigheden.
Verzorging van de vacht
De vacht is vrijwel onderhoudsvrij buiten de ruiperiodes. Tijdens deze twee seizoensverharingen verliest hij zijn ondervacht massaal – soms letterlijk met handen vol tegelijk. In deze perioden is dagelijks borstelen noodzakelijk.
Buiten de rui is 1–2 keer per week voldoende.
Scheren wordt sterk afgeraden: dit verstoort de natuurlijke temperatuurregeling en kan de huid beschadigen.
6. Gezondheid en verantwoord fokken
De Siberian Husky is een relatief gezond ras. Zijn werkverleden heeft geleid tot een robuuste bouw en een functioneel lichaam. Toch zijn er enkele erfelijke aandoeningen die aandacht verdienen.
Veelvoorkomende gezondheidsaspecten
-
Heupdysplasie (HD) – komt minder vaak voor dan bij grotere rassen, maar wordt wel getest.
-
Oogaandoeningen, zoals:
-
Cataract (grauwe staar)
-
Progressieve retina atrofie (PRA)
-
Cornea dystrofie
-
Juveniele staar
-
Verplicht gezondheidsonderzoek
De Siberian Husky Klub Nederland stelt binnen het verenigingsfokreglement verplichte gezondheidsonderzoeken voor ouderdieren:
-
ECVO-oogonderzoek (jaarlijks)
-
Heupdysplasie-onderzoek